Kinderen leven vaak zonder volwassenen omdat ze bij niemand in kunnen trekken na het overlijden van hun ouders. In veel gevallen willen kinderen niet van hun broertjes en zusjes worden gescheiden en blijven dus proberen om samen te overleven. Ze hebben geen toezicht. Ze zijn kwetsbaar. Velen van hen stoppen ook met school en om te kunnen overleven worden ze gedwongen om gevaarlijk werk te doen waarbij ze vaak worden uitgebuit.

Het aantal familieleden dat beschikbaar is voor individuen neemt ook snel af. Daarnaast worden sociale stelsels overbelast door aids en gewapende conflicten en beschikken overheden niet over de middelen om goede zorg te bieden aan het groeiende aantal weeskinderen.

Voor de kinderen in ons programma betekent familie hun broers en zussen en de 'peetmoeders' die meewerken aan ons programma.

Veel van de broers en zussen wonen in huizen, naast elkaar, in een compound-achtige opzet. Anderen wonen nog in het huis waar ze vroeger met hun ouders woonden. Onze liefhebbende en toegewijde 'peetouders' bieden psychosociale ondersteuning, brengen routinebezoeken aan huis en zorgen ervoor dat de kinderen naar school gaan. Ook helpen ze met het huiswerk en zorgen ze voor toegang tot de gezondheidszorg, recepten en medicijnen. Verder verstrekken ze eten en maaltijden en geven ze voedingsondersteuning.

Het Wereld Kinder Fonds stelt ook essentiƫle zaken beschikbaar zoals schooluniformen en materialen zoals boeken, potloden en andere benodigdheden. Kinderen kunnen voordat de school begint ook naar het hoofdcentrum gaan voor thee en ontbijt en ze kunnen er na school weer terecht voor hulp bij hun huiswerk of voor extra ondersteuning.

Uitvoerend programmadirecteur Olinda Mugabe weet hoe het is om uit een arm gezin te komen. "Ik weet wat lijden is", zegt ze wanneer ze terugdenkt aan haar eigen bescheiden jeugd in een gezin van twaalf kinderen die opgroeiden in de provincie Gaza in Mozambique.

Als kind moest ze stoppen met school en verkocht ze cashewnoten om te helpen haar familie te onderhouden. Een lokale onderwijzer bood aan om voor haar te betalen als ze van haar vader weer naar school mocht. Daardoor kon ze haar opleiding in Mozambique afmaken en ging ze uiteindelijk studeren in Londen, waar ze verpleegkundige werd.

"Ik ben nu Olinda omdat iemand me heeft geholpen. Iemand heeft me gesteund", zegt ze. "Toen ik terugkeerde naar Mozambique werd het duidelijk dat er iets gedaan moest worden voor alle kinderen in de gemeenschap die hun moeder hadden verloren. Mijn hart was bezwaard, omdat er zoveel noodlijdende kinderen waren."

Het kost ongeveer 7000 USD om een huis te bouwen voor een familie van broertjes en zusjes. Wij zijn nu ook bezig met de bouw van een nieuw programmacentrum in Maputo, Mozambique.

"Dit programma draait om kinderen die hun moeder en vader hebben verloren en om het 'ontmoeten' en 'vinden' van een nieuwe moeder", zegt Olinda. "Hoewel hun ouders overleden zijn weten ze dat als ze bij onze familie komen, ze iemand hebben die van hen houdt."

Voor het eerst zal het programma 48 weeskinderen onder kunnen brengen die fulltime op het terrein wonen. "Onze donateurs moeten weten dat zij de tranen stelpen. Dankzij hun bijdragen laten wij de kinderen weer lachen", zegt Olinda.